Er zijn 3 soorten wormenhotels: De stapelbare toren is het meest bekend. Daarnaast heb je het ‘trechtermodel’, en wormenbakken die werken met horizontale verplaatsing van de wormen.
Stapelsysteem
De ronde wormenbak, de Wormery en de Urbalive zijn traditionele stapelwormenbakken. Ze zijn opgebouwd uit een stapel compostringen. Met daaronder een opvangbak voor het vrijkomende vocht.
In de eerste ring stop je compostwormen. De wormen voer je ongekookte groente- en fruitresten. Elke laag voedsel sluit je af met een laagje gescheurd karton. Ook zijn de wormen gek op koffieprut.
Als de eerste ring vol is vul je de volgende ring met afval. De wormen kruipen door de gaten in de bodem naar het voedsel toe. Is de laatste ring vol, dan is de eerste ring gecomposteerd. Je leegt deze ring en zet hem weer bovenop om te vullen.
Het vocht tap je af via een kraantje. Je verdunt dit met water en geeft het aan je planten.
Horizontale wormenbak systemen
Bij de Gevelbak bevinden de twee compostcompartimenten zich naast elkaar in plaats van boven elkaar. Het grote voordeel is dat de ene bak kan drogen terwijl in de andere bak de compostering doorgaat waarbij veel vocht vrij komt.
Trechter wormenbakken
De Aerobin en de Supercomp zijn beide trechter-wormenbakken: Je vult ze van bovenaf met afval en karton. En na verloop van tijd haal je vanaf de onderkant de compost eruit. Waarna de nog niet gecomposteerde inhoud (met daarin de meeste wormen) naar beneden zakt.
Compostwormen eten een mix van koolstofrijk (bruin) en stikstofrijk (groen) afval.
Geef je wormen geen afval uit de categorie ‘rood’ (zie rode blok onderaan).
Zorg voor afwisseling tussen ‘bruin’ en ‘groen’ afval. Dit is belangrijk voor de vochthuishouding en voor de zuurgraad.
Bruin, hoog in koolstof
Karton, koffiedik en -filters, papier van de fijn versnipperd snoeihout, zaagsel, dode bladeren, stro, hooi, maiskolven.
Groen, hoog in stikstof:
Ongekookt tuin en keuken afval, aardappelschillen, fruit-en groenteresten, Bananenschillen (alleen van biologische bananen) mest van kleine planteneters zoals een cavia of konijn, resten uit groente- en siertuin, snoeiafval (groen), stalmest.
Rood, geef de wormen nooit één van de onderstaande dingen.
Gekookte groente- en fruitresten, pasta, brood, vlees, botten etc (trekt ongedierte aan), Snijbloemen en niet-biologische bananenschillen (bevatten veel gif). Doe rustig aan met ui, knoflook, chilipepers en met citrusschillen. En met al het groenafval dat duidelijk besmet is met schimmels of ziekten.
Ontvang je wormen bij aankomst op een bedje van vochtig gescheurd karton, droge bladeren, compost, aarde of speciale kweekgrond.
Leg de wormen in de wormenbak en geef ze een klein beetje voer. Dat kan speciaal wormenvoer zijn of afval uit de categorie ‘groen’.
Wormen hebben geen tanden. Ze kruipen over het afval en laten bacterien en enzymen op je afval achter die het afval ‘voorkauwen’. Na een paar dagen is het afval voorverteerd en kunnen de wormen het pas opeten. Onze compostwormen worden verstuurd in een ruime hoeveelheid compost en voeding. Voldoende om 2 of 3 weken in te overleven. Lat ze geleidelijk wennen aan het eten van keukenafval. De eerste dagen geef je af en toe een paar lepels uit het zakje wormenvoer dat je erbij hebt gekregen.
Dek het keukenafval steeds af met een laagje karton of ander afval uit de categorie ‘bruin’,
Let op de volgende zaken:
Maak het afval klein voordat je het in de wormenbak gooit.
Geef je wormen niet teveel eten. Als je bak begint te stinken geef je je wormen meer eten dan ze kunnen verwerken en gaan ze dood. Begin met een handjevol om de dag en voer geleidelijk op.
Sluit steeds elke laag ‘groen’ af met een laagje karton of ander ‘bruin’. Voldoende karton is erg belangrijk voor een goede zuurgraad, zuurstoftoevoer en de vochthuishouding.
Normale regenwormen zijn niet geschikt voor een traditionele wormenbak, maar voelen zich wel thuis in de Balkonton. Ze hebben immers voldoende aarde om in rond te wroeten. Ze helpen de vermicompost door de Balkonton te verspreiden.
Na enkele weken (soms wel 3 maanden) kan er wormenpercolaat onder uit je afvoerbuisje druppelen. Verdun dit 1:10 en bemest er je planten mee.
Heb je ooit een worm uit de aarde zien kruipen om een stukje over de stoep of tegen een lantarenpaal aan te kruipen? Het antwoord is waarschijnlijk: NEE. Ook je compostwormen zul je niet snel aan de wandel zien gaan. De verklaring is simpel.
Ten eerste houden wormen niet van licht.
Dus compostwormen zoeken altijd een lekker donker plekje op. Als je net een nieuwe wormenbak hebt en je wormen net in de bak zitten, kunnen ze nog wel wat onwennig zijn en op onderzoek gaan. Heb je je wormenbak binnen staan dan is het verstandig de eerste week een lampje in de buurt van je wormenbak aan te laten. Dit voorkomt dat ze uit de bak kruipen. Zodra ze eenmaal gewend zijn kan het nachtlampje uit.
Ten tweede houden compostwormen van een vochtige omgeving.
Ze ademen door hun huid, en als die huid uitdroogt gaan ze dood. Als ze uit je wormenbak kruipen zullen ze niet verder komen dan een metertje, en dan stikken. Als de omgeving te nat wordt verdrinken ze, dat is de reden dat regenwormen bij zware regenval naar het aardoppervlak kruipen.
Ten derde hebben ze het graag niet te koud of te warm.
Zorg dat het niet te heet is, in de zomer in de volle zon kan het warmer dan 35 graden worden en daar houden de compostwormen niet van.
Hier zijn 7 tips voor hete zomers.
Als het erg koud wordt gaan de wormen eerder in een soort winterslaap dan dat ze proberen te vluchten. Bij langdurige strenge vorst kun je de wormenbak beschermen met een doos, bubbeltjesplastic of oude deken. Lees ook ‘Hoe overleven compostwormen de winter‘
Tot slot: Zorg voor een goede zuurgraad.
Als je je compostwormen te veel afval voert of te weinig karton toevoegt kan het gaan verzuren en stinken. Er is dan zoveel rottend afval dat de wormen het niet aankunnen en de bacteriën krijgen vrij spel. De oplossing is: even wat overtollig afval verwijderen, en wat extra zaagsel of karton toevoegen.
Zorg dat de laag afval nooit meer dan 10 cm dik wordt.
Wat we weten is dat de wormen onder de 10 graden bijna niets meer eten. Onder de 4 graden gaan ze zelfs in een soort winterslaap. Dat betekent dus dat je gedurende die echte koude vorstperiodes je wormen minder tot niets mag voeren. Wil je ook in de winter je GFT blijven omzetten in compost? dan zul je moeten zorgen dat de temperatuur in je wormenbak boven de 10 graden blijft. Dat kan natuurlijk door je bak binnen te zetten. Of door andere maatregelen zoals in dit artikel beschreven.
Maatregel 1: Isoleren
Wormen produceren zelf veel warmte. Als het kouder wordt trekken ze naar elkaar toe, als ijsberen op de zuidpool. Ze houden zich warm door te blijven bewegen. Met een goede isolatielaag houd je die warmte dus in je bak.
In een grotere bak zoals bijvoorbeeld de Gevelbak,die ook nog eens geïsoleerd is door de houten omkasting, zal de temperatuur binnen in de bak dus veel langer boven de benodigde 10 graden blijven.
Bij de Balkonton zorgt de aarde rondom de wormenbuis voor extra isolatie. Bij een gewone wormenbak kun je de bak in bubbeltjesplastic of een oude deken wikkelen.
Maatregel 2: Stel je compostoogst uit tot het voorjaar
De compost die in je wormenbak zit vormt zelf ook een natuurlijke isolatielaag. De wormen hebben daarin meer bescherming dan in een net geleegde bak. Stel je compostoogst indien mogelijk dus uit tot het voorjaar.
Maatregel 3: Lekker in het zonnetje
Verplaatsbare wormenbakken zet je in de winter in de zon, zoveel mogelijk uit de wind.In de zomer geldt natuurljk het tegenovergestelde. Goed geisoleerde bakken (zoals de Balkonton en de Gevelbak) hoef je uiteraard niet te verplaatsen.
Winterweetjes
Droogte groter gevaar dan kou
Mijn eigen ervaring is dat de compostwormen lekker knus in het midden van de Balkonton makkelijk overleven. De enige keer dat een populatie is gestorven, was toen ik een Balkonton uit de regen had staan, geen voedsel had toegevoegd, en hem dus helemaal had laten uitdrogen. Zorg dus dat de aarde wel vochtig blijft. Ofwel door af en toe wat snijafval erin te gooien, ofwel door af en toe wat water erbij te doen.
Hoe kouder hoe meer eitjes de wormen leggen
Zodra het koud begint te worden gaan wormen meer eitjes leggen. Als zelfs in het midden van een wormenbak de temperatuur onder het vriespunt daalt zullen de wormen natuurlijk uiteindelijk toch doodvriezen. Door de warmte die ze zelf produceren gecombineerd met de warmte van het reguliere composteerproces, komt dit, zeker in een grote bak of buurtbak, gelukkig zelden voor.
Op die manier kan de wormenkolonie een vorstperiode overleven, terwijl individuele wormen wel sterven. In het voorjaar heb je dus vaak een overvloed aan nieuwe wormen.
Onze meest verkochte wormenhotels op een rijtje
-
Ronde wormenbak€99,50 – €160,50 inc. BTWWaardering 5.00 op 5 gebaseerd op 2 klantbeoordelingen
-
Urbalive wormenbak€149,00 – €169,00 inc. BTW
-
Wormery€75,00 – €109,00 inc. BTW